Hans van Bentem

Hans Van Bentem’s ‘Chandeleers’ zijn inmiddels vermaard. Deze bijzondere kroonluchters branden in de huizen van Koninklijke families, celebrities zoals Madonna en verschillende musea, zo maakte hij in 2003 vijftien kroonluchters voor het Escher Museum in Den Haag. Deze voormalige Philips fabriek fungeert nu ook als ‘Chandeleer showroom ‘; hier in huis zijn nu permanent de ‘Chandeleers’ van Hans van Bentem te zien; deze tentoonstelling is de officiële start van deze samenwerking.

Het formaat van de ‘Chandeleers’ varieert in hoogte van 75 cm tot 10 meter en worden op ambachtelijke wijze vervaardigd. Van Bentem werkt hierin vooral samen met Tsjechische glasblazers en Chinese ambachtslieden . Als student maakte hij enorme wandschilderingen in coffeeshops, als beeldhouwer maakt hij vooral oversized keramische sculpturen voor scholen, winkelcentra en pleinen. Zijn voorkeur gaat uit naar kunst op openbare plaatsen, het liefste buiten. Hij wil mensen heel direct raken. “Het gaat er niet om wát ze van mijn beelden vinden, maar dát ze er iets van vinden”, aldus Van Bentem.

De kunstenaar is een alleseter en een haast obsessief vermenger van stijlen. Hij put uit de kunstgeschiedenis, uit stripverhalen en uit de hedendaagse beeldcultuur. De beeldtaal van Van Bentem verwijst op het eerste gezicht vooral naar de snelle, hedendaagse beeldcultuur, die haaks staat op de ambachtelijke werkwijze waarmee de kunstenaar zijn beelden tot stand brengt. Deze combinatie, vermengd met het uitvergroten van de gekozen thema’s en het materiaalgebruik maken dat de werken een vervreemdend effect hebben en een tweede lezing nodig hebben.

Het is moeilijk het werk van Van Bentem onder één noemer te brengen, geen enkele term dekt volledig de lading. ‘Jongenskunst’ zegt iets over de fascinatie met techniek die uit de beelden spreekt, maar doet tekort aan de poëzie. ‘Hardpop’ wijst stilistisch de weg, maar doet geen recht aan de beelden. Zelf houdt Van Bentem het op artoonisme, een term ontleend aan de Rotterdamse gelegenheidsformatie de Artoonisten waarvan hij deel uitmaakte en die in opdracht van de gemeente Rotterdam een hommage aan Marten Toonder (2002) maakte.

De vier artoonisten lieten zich inspireren door cartoons en door producten van de massamedia zoals reclame en verpakkingen. Van Bentems eigen typering: “Relativerende humor met de botte bijl, een werkwijze die lijkt op het in elkaar zetten van bouwpakketjes (…) over the top bestaat niet, maar wel met stijl”.